Eergisteren zijn we aangekomen in Santiago, waar Bruno diezelfde nacht nog lang heeft doorgewerkt. Ik was snel in slaap gevallen, zoals gewoonlijk, en werd rond 2:30 uur wakker om te zien dat Bruno nog steeds aan het werk was. Hij deed pas rond 3 uur het licht uit. Woensdagochtend stond ik stilletjes op, nam een douche en ging in mijn eentje ontbijten in de grote gemeenschappelijke eetruimte van het LOOP INN hotel, met uitzicht op de torens van de kathedraal. Een prachtig decor voor het ontbijt.
De Porta en Praza en de Mazarelos buurt waar we de avond voordien aten. De eetzaal van ons hotel met uitzicht op de torens van de kathedraal
Ik had nog wat brood van de dag ervoor en vond kleine porties honing op een plank met etenswaren die pelgrims achterlaten. Samen met oploskoffie, kleine melkflesjes, en een stukje kaas, werd het een heerlijk ontbijt. Helaas had ik het water te heet opgewarmd, waardoor er een vulkaaneffect ontstond toen ik de koffie toevoegde, wat de helft van de koffie uit mijn kop liet overstromen. Bruno legde me later het natuurkundige effect uit, maar ik ben de naam al vergeten.
Bruno werd geleidelijk aan wakker, mede dankzij een koffie die ik voor hem maakte met water dat deze keer niet bloedheet was. Hij moest eerst naar het centrum om een geschenk voor zijn partner Anett te kopen. Zij is Hongaars, en ze kennen elkaar al sinds hun 15e van de Europese school in Varese. Anett doet in het kader van haar doctoraatsthesis , onderzoek aan de Universiteit van Oxford naar de relatie tussen milieuvervuiling en de overlevingskansen van vogels zoals mezen, wat zorgwekkende resultaten oplevert. Ze hoopt later in de "conservation" wereld te kunnen werken om de natuur en haar bewoners te kunnen beschermen. Daar kan ze onderzoek combineren met praktisch natuurbeschermend werk.
Vertrek van Bruno naar de luchtjhaven; het romaans en barokke interieur van de kathedraal van Santiago; het altaar in het koor met het beeld van apostel Santiago
Bruno wilde ook zijn Compostelana halen en wat rondslenteren in Santiago, met een café cortado (of twee) en iets hartigs, geen zoetigheid. Terwijl hij dat deed, ging ik boodschappen doen voor de lunch en om sandwiches voor hem te maken voor zijn reis naar Londen en daarna met de bus naar Oxford. Zijn vlucht was pas om 18:20 uur, het zou dus een lange dag worden. Na een gezamenlijke lunch begonnen we rond 14:30 uur met het demonteren van zijn fiets, zodat die in de fietstas paste. Om 15:30 uur stond de taxi klaar bij het hotel. We namen afscheid met een stevige knuffel, en ik moest een traan wegpinken toen hij vertrok. Daarna voelde ik me even verloren.Ik ging naar het busstation om informatie te verzamelen voor mijn reis naar Muxía. Daarna wandelde ik nog even door de oude stad en bezocht toch nog eens de kathedraal. Vervolgens regelde ik de verzending van mijn eigen fiets en bagage naar Leuven via een Nederlands bedrijf. Alleen het strikt noodzakelijke hield ik bij me.
Ingang tot de faculteit filosofie op de Praza de Mazarelos. De Jezuïetenkerk vlakbij dat plein en het klooster van de zusters Mercedariërs
’s Avonds at ik in de gemeenschappelijke ruimte een omelet met drie eieren en tomaten, uiteraard met een glaasje Spaanse witte wijn. Aan de tafel zaten ook twee Duitse studentes uit Baden-Württemberg te eten , Myriam en Laura die in de lerarenopleiding aan de universiteit van Freiburg zitten: Myriam wil gezondheid en wiskunde onderwijzen en Laura gezondheid en Engels. De opleiding is 3 bachelor-jaren en twee masterjaren plus 1,5 jaar (betaalde) stage en inloopperiode in de job. Leraar secundair is een goed betaalde job maar toch zijn er te weinig leraars misschien omdat de studie uiteindelijk 6,5 jaar duurt. Zij hebben de Camino Portugués vanuit Porto gelopen en vertelden enthousiast over hun eerste Camino, een ervaring die ze graag willen herhalen. Aan het andere eind van de tafel zat Andreas, een Italiaan die woont aan het Gardameer en gespecialiseerd is in beveiligingssystemen. Hij bood me een glas wijn aan en verontschuldigde zich glimlachend voor de kwaliteit van de Spaanse wijn, die volgens hem niet kon tippen aan de Italiaanse. Hij spreekt Engels met een gezellig dansend Italiaans accent. Hij heeft ook de Camino Portuguès gelopen. Alle drie bevestigen ze dat die camino heel mooi is met een deel langs de prachtige Portugese kust.
De paardenfontein bij de zuidingang van de kathedraal. de Duitse studentes Myriam, Laura en de italiaan Andreas
Het waren fijne ontmoetingen die me hielpen te vergeten dat Bruno er niet meer bij was om samen verder te fietsen. Ik ging zoals altijd vroeg slapen en kreeg een bericht dat Bruno veilig in Londen was geland en onderweg was naar Oxford. Nog een kort telefoontje met Magda, en toen ging ik slapen.
Op donderdag stond ik niet te vroeg op. Na een douche en ontbijt wandelde ik naar het busstation, waar de bus rond 11 uur vertrok naar Muxía. Onderweg zag ik veel groen, pijnbomen, eucalyptussen en maisvelden, maar weinig dieren. De lucht was grijs. Magda stond erop dat ik niet fietste naar Muxia maar de bus zou nemen na al mijn inspanningen. Ze vond dat ik wat rust kon gebruiken.
Muxia: de haven van het stadje en mijn hostal en kamer met uitzicht op de zee
Ik had op internet gezien dat er tussen Santiago en Muxia veel steile heuvels zijn op de rit van 80 km en ik stel vast dat het ook zo is, want ik zit op de eerste rij in de bus. Bovendien is er heel slecht weer voorspeld. In Muxia , aan de uiterste punt van de kust, ben ik vlakbij mijn hostal Muxia Mare waar ik een mooie kamer heb. Verder heeft de hostel alleen kamers voor 4, 8 of 12 mensen, maar Magda vindt dat ik recht heb op een aparte kamer voor 40 euro met douche en toilet en uitzicht op zee: wat een luxe….Muxia is een vissersdorp zonder echte stranden voor zonnekloppers. Hier komen wel veel wandelaars. Al snel ben ik op stap in het pittoreske vissersdorp dat het eindpunt was in de middeleeuwen en nu nog van veel pelgrims samen met Fisterra (Finis terrae of het einde van de wereld) op 30 km waar ik morgenvroeg misschien naartoe ga met de bus alvorens terug te keren naar Santiago.
De ruige rotskust van Muxia. De kerk en het beeld van de Santa María de la Barca
Muxía ligt op een schiereiland en staat bekend om zijn ruige kust en de granieten kerk, de Sanctuario de Santa María de la Barca, die aan de rand van de zee staat. De kerk werd na een blikseminslag in 2013 gerestaureerd. Binnen vond ik een prachtig barok altaarstuk gewijd aan de Virgen de la Barca, die volgens de legende aan Santiago zou zijn verschenen. De oudste kerk werk opgebouwd op een plaats waar vroeger heidense praktijken plaatsvonden. De katholieke kerk deed dat vaak om aan te tonen dat het katholiek geloof sterker is dan de heidense praktijken. Elk jaar viert men hier de Maagd van de Boot gedurende een noveen of 9 dagen. In de kerk wordt religieuze rustige muziek afgespeeld en dit zet aan tot rust. Bij het bezoek aan de barokke kerk vraag en krijg ik een super grote mooie stempel… Een stempel om mijn credential, of mijn pelgrimspas 2024, mee af te sluiten.
De vuurtoren, de rotsen en het gedenkteken aan de grote scheepsramp vlakbij de santa Maria de la Barca kerk
Vlakbij staat een witte vuurtoren om de voorbijvarende schepen te wijzen op de gevaarlijke rotsen. Toch is hier in november 2002 de tanker Prestige op de rotsen gelopen zodat 11.000 ton ruwe olie in de Atlantische oceaan terecht kwam. Een internationale reddingsactie kwam tot stand met 1000den vrijwilligers om de stranden te redden. Een monument in de vorm van een gespleten zware rotsblok herdenkt dit tragische gebeuren. Vanop een mirador heb je een prachtig zich op de grote heuvel waarlangs aan de ene kant het kleurrijke dorp ligt en aan de andere kant op de granieten kerk en de ruwe rotsen en witte watertoren: een prachtig uniek stuk natuur ook al is er geen zon.
Het uitzicht vanop de mirador: aan de ene kant het stadje Muxia en aan de andere kant de Santa Maria de la Barca en het moument van de scheepsramp van 2002.
Op de rotsen zoeken vissers bij laag water Penebres (barnacles in EN, pouce-pied FR ) een soort schaaldier in de vorm van een teen met teennagel. Als de zee niet te woest is zoeken ze deze schaaldieren met kleine bootjes op de rotsen in zee. Terwijl ik naar mijn kamer stap zie ik een visser in een schuurtje schaaldieren schoonmaken en selecteren en hij bevestigt dat hij vandaag penebres heeft geoogst. Een ware lekkernij zegt Santiago: juist even in kokend (zee) water en je kan ze eten. Meestal worden ze gegeten als voorgerecht met een lekker wit droog wijntje. De grote penebres kosten hier in de zomer 70 euro de kilo maar rond kerstmis betaal je tot 200 euro; als ze kleiner zijn is de prijs lager. Het plukken of oogsten van deze schaaldieren is streng gereglementeerd: max 5 kg per dag door erkende vissers met een licentie. Ik bedank Santiago voor de informatie en ik wandel nog even door de straatjes. onder een lichte regen.
Zicht vanop de mirador.Santiago die penebres heeft geoogst en in drie groottes selecteert.
Na wat boodschappen te hebben gedaan, ga ik terug naar mijn kamer om te rusten en mijn blog van de afgelopen dagen bij te werken. Morgen neem ik de vroege bus terug naar Santiago, misschien via Fisterra. Zaterdag moet ik op tijd naar de luchthaven voor mijn vlucht van 10:00 uur, die ik liever niet mis.
De torens van de Santa María de la Barca
Comments