top of page
Foto van schrijverYves Beernaert

Dag 59: 5 juli 2022: van Vega de Valcarce over de O Cebreiro naar Fonfria

Bijgewerkt op: 29 dec. 2022

Vandaag hebben we de eerste grote uitdaging. Eerst 13 à 14 km stappen tot boven op de O Cebreiro. Na een korte halte daar, moeten we nog eens 12 à 13 km doorstappen over de Alto San Roque (1300 m) naar onze volgende eindbestemming in Fonfria. We laden alles in de huurauto waarmee Magda en Ann ons op de middag zullen vervoegen boven op de O CebreIro, waar we hebben afgesproken. Vol goede moed beginnen Floris, Moses en ik aan de O Cebreiro om Galicië binnen te trekken. We hebben een staalblauwe hemel boven ons en het wordt al vlug warmer en warmer. Gelukkig is er geregeld wat schaduw. Die heeft vooral Floris nodig, want hij heeft gisteren enkele kilometers in zijn “Marcelleke” gelopen en zijn schouders zijn pijnlijk verbrand. Nu is alles goed ingesmeerd en dus beschermd.


De jongens rusten even tijdens de beklimming naar O Cebreiro (l); Motje komt onderweg een gezellige kudde koeien tegen (m);

Floris boven op de O Cebreiro: wat een schitterend zicht! (r)


De twee jongens stappen echt goed door. We bewonderen samen het landschap, want geleidelijk aan wordt het mooier en mooier omdat je hoger klimt en een schitterend beeld krijgt van de heuvels en de valleien. We komen veel meer pelgrims tegen dan gisteren. Er zijn veel Duitsers op stap. Floris neemt gereld foto’s en maakt filmpjes. Hij neemt ook foto’s met het toestel van andere pelgrims die een aandenken willen van op de O Cebreiro.

De laatste 6 kilometer zijn bijzonder zwaar, maar de twee jongens bijten door (en ik ook). Ik vind ze fantastisch. Ze klagen nooit. Ze praten wat onder elkaar of met mij. Ze plagen elkaar graag. We stoppen geregeld om te drinken of om onze hoed nat te maken aan een fontein en die dan te laten drogen op ons hoofd.

Het landschap van O Cebreiro (l); opa, Floris en Moses voor het kerkje van O Cebreiro (m); Moses boven op O Cebreiro (r)


Na drie en een half uur bereiken we de top van de O Cebreiro waar oma, Magda, ons al wuivend een stuk tegemoet is gelopen. Boven op de berg staat Anneke te wachten. De twee jongens zijn super fier dat deze eerste zware beklimming zo goed verlopen is. Ik ben ook blij dat ik het heb gehaald. Het is ondertussen 12.30 u. geworden.

Samen gaan we eerst naar het mooie kerkje van O Cebreiro. Het werd gebouwd in het midden van de 9de eeuw als pension voor pelgrims. Het werd één van de belangrijkste heiligdommen in Galicië. We gaan er eerst een grote kaars aansteken voor ons Rientje en de andere twee engelbewaarders Wim en Bert . Dan gaan we kijken naar de relieken van HET mirakel van O Cebreiro en tenslotte halen we achteraan in de kerk onze stempel op onze credential.


enkele kaarsen voor ons Rientje, Wim en Bert (l) ; De Sanctuario Santa Maria Real , het kerkje van O Cebreiro (m): vlakbij één van de oude (vernieuwde) palloza's of schuur/ woningen


Het kerkje werd beroemd dankzij het 14de -eeuwse mirakel dat hier plaats vond en bekend staat als het Eucharistisch mirakel. Volgens de legende trotseerden gelovigen op een winterdag de kou en sneeuw om de mis te horen. De geestelijke die de dienst voorging was zelf niet echt diep gelovig en kon maar niet begrijpen dat mensen zoveel moeite deden om in zo een weer naar de H. Mis te komen om gewoon een stukje brood en wat wijn te zien. Bij de consecratie gebeurde echter een mirakel en veranderde de wijn en het brood echt in het bloed en het vlees of lichaam van Jezus Christus. De slechte priester stierf ter plaatse en de klokken begonnen uit zichzelf te luiden zodat iedereen uit het dorp kon horen en zien wat er gebeurd was. Op dat ogenblik zou het beeld van Maria dat in de kerk stond zich ook naar voor hebben gebogen om het wonder zelf te zien. Het beeld staat nog altijd lichtjes voorovergebogen.

De kelk en de pateen van het mirakel zijn nog steeds bewaard in een glazen kastje op het altaar. Overblijfselen van het vlees en bloed worden in twee kleine zilveren ampullen bewaard die werden geschonken door de katholieke koningen Ferdinand en Isabella in 1486. Zelfs Karel V (geboren in Gent in 1500) kwam hier op bezoek.

In 1963 begon de restauratie van de kerk, het gasthuis en de huizen van de gemeente en werden de palloza’s (stenen gebouwen met een rieten dak) heropgebouwd. In één ervan is het Etnografisch Museum gevestigd. Het was vooral de gedrevenheid van een lokale priester, Alias Valiña Sampedro, die er voor zorgde dat O Cebreiro opnieuw uitgroeide tot een belangrijke halte op de Camino. Hij werd na zijn dood begraven voor het linker zijaltaar.

Na het uitzicht nog wat bewonderd te hebben, gaan we allen een kleine maaltijd nemen . Voor 5 euro de man kunnen we er een bord macaroni Bolognese nemen of een salada mixta en dat is wat we nodig hebben om nieuwe krachten op te doen. Rond 14.30 u. beginnen we aan het 2de deel van onze tocht van O Cebreiro naar Fonfria over de Alto de San Roque tot 1300 m. Magda en Ann vetrekken ook naar onze hostal, de Casa Galego, waar we deze avond zullen logeren. We hebben afgesproken dat ze eventueel één van ons kunnen komen oppikken als die niet meer verder kan. Stappen is geen competitie en stoppen als je echt niet meer kunt is geen schande. Ze hoeven niemand op te halen, want we stappen samen flink en gezellig door.


Krachten opdoen voor het vervolg van de tocht (l) en ((r); de jongens genieten van hun break alvorens opnieuw verder te stappen.


De jongens blijven gemotiveerd doorstappen, ook al is het zeer warm aan het worden. Ze genieten van de vergezichten en van het feit dat in de verte donderwolken hangen waaruit regen valt. We stoppen nog aan de Alto San Roque waar een mooi beeld van deze heilige staat, voorovergebogen in de wind. Onderweg halen we een opa in (zoals ik) en daarvoor lopen nog twee andere pelgrims. Mijn twee jongens beginnen te praten met het meisje die Grace blijkt te heten en uit de staat Ohio, USA, is. Ik praat even met de andere man, een jonge Egyptenaar, een technologisch ingenieur die van stapvakanties houdt. Op een helling haakt hij af want naar boven stappen doet hij heel traag, zegt hij. Ik probeer mijn ritme aan te houden en stap door.


Verder stappen naar Fonfria over de Alto San Roque: de boys met Grace (USA) (l) en (m);; bovenop de pas van 1300 meter bij het grote beeld van de H;.Rochus


Om 16 uur ongeveer bereiken we Fonfria. We nemen afscheid van Grace die ook in Fonfria logeert, maar in een ander hostal. Zij loopt eerst nog een stukje terug want de opa, die we eerder voorbijstaken, is haar opa en die is nog niet aangekomen. Ze keert terug om samen met hem aan te komen. Tot mijn grote verbazing zijn Floris en Moses niet echt moe. Ze willen zelfs niet gaan rusten, maar nemen wel een douche. Ik ben super fier op wat ze vandaag hebben gepresteerd.

De dag is nog niet om, want ons Anneke moet nog samen met Floris naar het treinstation van Sarria op 35 km, om Sole, Bruno en Leo op te halen. Op de trap let ze even niet op, valt van enkele trappen en verstuikt haar enkel. Toch zet ze door en anderhalf uur later is de rest van de familie toegekomen. We zijn allemaal super blij elkaar terug te zien. Het wordt een gezellige maaltijd samen tijdens dewelke de eerste indrukken rond de Camino worden uitgewisseld.


Rond 22.30 u. ligt iedereen in bed, want morgen wacht de Camino terug op ons en stappen we van Fonfria naar Samos met zijn mooie abdij . Weer 22 km. Anneke haar enkel ziet blauw en is opgezwollen. Hopelijk wordt dat niet te erg. Hij is ingesmeerd en er zit een verband rond. Morgenvroeg kijken we dat onmiddellijk na. ik werk nog aan de blog. Magda werkt nog tot laat aan onze boekhouding van Educonsult, want alles moet elektronisch opgestuurd worden tegen 06/07/ 2022. Ik ben ondertussen al in slaap gevallen.

33 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page