De dag begint weer vroeg. Het ontbijt is om 7 uur en daarvoor wil ik nog mijn blog van gisteren afmaken. Niet te lang maken zegt Magda en niet teveel preken.
Om 7 uur stipt ben ik aan de ontbijttafel, gezellig en sober: vers Frans brood, confituur home-made , suiker en lekkere koffie. Mijn jonge Vlaamse tafelgenoot, Jaak, uit Halle is vooraan in de 20 en bijna 2 m groot. Het is een stille. Hij vertrok van de Belgische grens te voet en stapt tot in Santiago. Meer wil hij niet kwijt. Iedereen heeft zijn reden om op stap te gaan.
Na het ontbijt ga ik met de groep pelgrims mee die na de Lauden van de abt Jean-Yves de pelgrimszegen krijgen om veilig in Santiago te geraken. De Gemeenschap van Vézelay is een dubbele gemeenschap van de Fraternité de Jeruzalem: 3 paters in één huis en 6 zusters in een ander huis allebei vlakbij de basiliek. Hun congregatie heeft tot doel in de drukke steden te werken te midden van de werkende mensen. Hier in Vézelay komen massa’s toeristen gedurende de zomermaanden en minder daar buiten.
Zegening van de pelgrims. Reliekschrijn van de H. M. Magdalena. Zuster Christine Pauwels
Bij het buitengaan van de indrukwekkende kerk bekijk ik nog eens grondig het Pinkstertimpaan en loop rond de kerk heen die boven op de Montagne sacrée ligt. Onderweg kom ik één van de zusters tegen. Ze is 89, Christiane Pauwels, en is afkomstig van Antwerpen. Ze heeft heel haar leven in Parijs gewerkt en nu draait ze hier nog mee. Men moet zich bezig houden en proberen nuttig te zijn zegt ze.
Mijn fiets opladen , wat altijd een half uur duurt, en dan de baan op, dwars door de Morvan van Noord naar Zuid. De Morvan is één groot nationaal park en een ontzettende prachtige natuur. Licht gooiend en geen te steile heuvels. Ideaal voor fietstoerisme in alle rust en kalmte. Je hebt er alles van wijn tot kaas tot lekkere groenten en vruchten en de landschappen. Er zijn dan ook heel wat fietsers op stap. In Quarré-les-Tombes wil ik brood kopen in een kleine Auchan maar ik heb pech, alles is al uitverkocht: teveel toeristen zegt de mevrouw aan de kassa. Nergens vind ik brood: in alle dorpen zijn de bakkers dicht en dus geen brood. Ik eet graag rond 13 uur, liefst op een gezellige picknickplaats bij een kerk, een kasteel of een rivier.
Bij het buiten rijden van het grote dorp Schilly vlak bij het oude 14-15de-eeuwse kasteel waar al eeuwen groot volk woont, staat het raam van een huisje open . Ik stop even en vraag aan de twee dames of ze soms geen halve baguette kunnen verkopen. Onmiddellijk haalt de dame een half stokbrood uit de kast dat ze mij geeft. Ze wil er niets voor. Hier komen wel wat pelgrims voorbij zegt ze. Een van hen wou gewoon naast het huis in het riviertje baden. Vorige week kwamen 11 scouts voorbij die alles bij hadden om croque-monsieur te maken, maar geen pan of vuur. Dan heeft ze maar op haar gasvuur de croque-monsieurs gemaakt… gastvrijheid kent geen grenzen en vormen.
De dames die me brood gaven. Romeinse triomfboog in Autun. De kathedraal van Autun
Met een dikke dank u wel en een foto neem ik afscheid en fiets ik enkele kilometers tot aan een rivier waar een bank staat. Het brood is super met wat kaas en ham die ik nog bij me had. Dan maar doorrijden naar Autun nog slechts 25 kilometer. De voormiddag was grijs maar nu is de zon terug lekker (te) warm. Ik rij de kleine stad Autun binnen langs de resten van de oude Romeinse triomfboog want het stadje heeft een groots romeins verleden.
Bovenaan tegen de heuvel ligt mijn logies voor vandaag: het Benedictinessen (slot)klooster van contemplatieven op 250 m van de romaanse Cathédrale St Lazare met zijn timpaan van het Laatste oordeel. De strakke rechte pijlers doen een beetje aan Romeinse bouwkunst denken, schitterende gebeeldhouwde kapitelen en glasramen uit verschillende eeuwen. De kathedraal is midden in de oude buurt gelegen met een mooie renaissance fontein , vakwerkhuizen: een fijne omgeving om in rond te wandelen.
Tympaan van het laatste oordeel. Interieur van de kathedraal St Lazare van Autun
Ik word In het klooster hartelijk ontvangen door zuster Isabelle die me mijn reuze kamer toont met alles erop en eraan en zelfs een prachtig zicht. Er zijn nog slechts 20 zusters door gebrek aan roepingen. Het avondeten is om 19 u maar alleen. Zij serveert me een schitterend maal in een kamertje apart in het gastenkwartier. Tonijnpastei met vinaigrette en sla, ovenschotel met groentenpasta met aardappelen pomodoro met veel kaas er op, een mooi stuk taart met ananas en wilde vruchten eromheen, en natuurlijk kazen: camembert en Emmentaler; daarbij een lekker lokaal rood wijntje. De zuster cuisinière verzorgt ook de maaltijd voor de bisschop die vlakbij woont en die blijkbaar graag lekker eet.
Poort van het benedictinessenklooster. Mijn ruime kamer en zuster Isabelle die mijn avondmaal brengt
Hier ook geldt het donativo systeem: je geeft wat je wenst. Je krijgt geen andere zuster te zien want het is een slotklooster. Ook in de kleine kapel ben ik helemaal alleen. Rechts achteraan in het koor is een diepe ingang en daar zitten de andere zusters die ik niet kan en niet mag zien. Je hoort ze alleen mooi zingen. Met de Completen sluit ik mijn dag met weer eens veel gastvrijheid af. Nu hopelijk lekker slapen en minder pijn aan mijn rechterbil. Morgenvroeg de Lauden, een lekker ontbijt en trappen naar mijn volgende romaanse hoogtepunt in Paray-le-Monial.
Comments