Het ontbijt was super en dat voor 4 euro. Ik begrijp niet dat ze dat voor die prijs kunnen geven. Ook koffie, brood, confituur, boter, een stuk tortilla, kaas, ham en vers fruitsap. Ik was vroeg uit de veren, want ik ga eerst met mijn engelbewaarders naar het klooster van Santa Clara, een kilometer buiten het centrum van Castrojeriz. Ik heb de indruk dat Rientje nog niet helemaal wakker is en Bert en Wim nemen hem beurtelings mee achter op zijn rug. De clarissen zijn slotzusters, dat betekent dat ze nooit buitenkomen en de H. Mis volgen van achter een soort hekken: aan de ene kant dus de zusters (een 12-tal), aan de andere kant van het hekken de priester en de gelovigen (8) die de mis bijwonen. Die jonge priester heb ik nog gezien. Hij deed de mis gisterenavond in de Santa Maria del Manzano kerk waar de koster ons buiten zette. Het klooster is een eenvoudig gotisch gebouw waar je binnen niet mag fotograferen. Stemmig en sober. Bij het verlaten van de kerk geeft hij mij een duimpje omhoog als hij mij ziet vertrekken op mijn fiets. Hij heeft me zelfs herkend.
Santa Claraklooster (l), de ruïnes van San Anton klooster vlakbij op de camino (m), kasteel van Castrojeriz boven op de heuvel
Na de mis fiets ik enkele kilometers terug om de ruïnes van het klooster van Sint Anton te bezoeken. Die ruïnes zijn over de Camino heen gebouwd en zijn indrukwekkend als je eronder doorloopt of rijdt. Er zijn al veel pelgrims te voet en met de fiets op stap. Het is heel wat frisser deze morgen en er is een sterke wind, want het heeft hier gisteren geregend. Ik kom er een Franstalige Belg tegen, Jean- Claude uit Mouscron die ook voor een goed doel stapt: een stichting die middelen verzamelt tegen een spierziekte. Hij was vetrokken vanuit Arles over de Via Tolosana die men ook de Chemin d'Arles noemt die de Italiaanse pelgrims gebruiken.. Daarna fiets ik naar de San Juan kerk aan het einde van Castrojeriz: een gotische kerk met een mooie toren en een kleine kloostergang, maar alles is potdicht en gaat pas om 13 uur open voor een misviering. Ik heb spijtig genoeg geen tijd om te wachten. Vandaag rij ik door de tierra de campos met de weidse tarwe velden en de eindeloze vergezichten. Wat een cliché...maar toch is het zo.
Nu neem ik de richting van Fromista over Boadillio del Camino. Juist buiten Castrojeriz word ik graag opgehouden door een herder die met zijn kudde schapen de weg oversteekt om ze langs de rivier te laten grazen. In de verte in de velden staat de ruïne van een kerk en ik kan het niet laten om er even naartoe te rijden. Er is zoveel te restaureren in Spanje dat sommige gebouwen niet kunnen gered worden. Ik probeer me altijd voor te stellen hoe druk het hier jaren geleden was, nu dat op deze plaats praktisch alle kerken en bijgebouwen errond in puin liggen.
Herder op weg langs de rivier (l), graangewassen op de Tierra de campos (m) , de ruïnes van het verlaten klooster (r)
Vanuit de verte zie ik de speciale toren van de versterkte kerk van Castrillo de Motajudios (klein kasteel van de Joden op een heuvel (mota). Dat was de naam in de 11e eeuw toen de Joden daarheen vluchtten na een pogrom in de grote steden in de buurt. Tijdens de Spaanse inquisitie werden veel Joden vervolgd en soms gedood en veranderde men de naam in Castrilloo de Matajudios (betekent: het kasteel van de gedode Joden!). Het was ook een dorp waarnaar de Joden door koning van Castilië van Castilië verplicht werden te verhuizen uit bijv. Castrojeriz. In 2015 werd de naam opnieuw veranderd in Motajudios om de idee van "Jodendoders" weg te nemen. Bert heeft daar direct gepaste commentaar bij omdat het hier zeer zeker gaat over een misdaad tegen de mensenrechten en dat begrijp ik. De Joden zijn inderdaad een groep die door de eeuwen heen ook in Spanje heel wat te verduren heeft gehad. Ze werden soms letterlijk vermoord, of uit de steden of dorpen verbannen of moesten in bepaalde wijken die duidelijk herkenbaar waren, gaan wonen. Zoals men Matajudios nu vermijdt, probeert men ook zo weinig mogelijk nog te verwijzen naar santiago de Matamoros of de Morendoder... Anders is men niet "woke"...
Volgens sommige experten is er nog een andere mogelijkheid en -verwees vroeger het eerste deel van de naam "mata" van Matajudios naar een bos dat hier stond.
De kerk van dit dorp heeft echt een heel speciale versterkte hoge toren en binnen zijn er nog verschillende retabels en zelfs muurschilderingen. De koster legt me uit dat er eindelijk middelen zijn om de restauratie aan te pakken. Hij wacht op de pastoor die om 11.30 u. een mis zal doen want het is zondag. Soms vergeet ik welke dag het is! En wie komt daar aan: dezelfde priester die ik al in twee kerken heb gezien, gisteren en eerder deze morgen in Castrojeriz. Hij herkent me ook en schudt vriendelijk en met een brede glimlach mijn hand. Hij is een jonge priester uit Indië, zijn naam is Sajin, die in Burgos een doctoraat theologie maakt.
Castrillo de Matajudios of Motajudios: de jonge Indische priester, Sajin (l), een retabel binnenin toewijd aan Sint Jan de doper en zijn ouders Anna en Joachim, (m) , de speciale versterkte kerktoren van de San Esteban (Stefanus) kerk
Tijdens de 4 jaar dat hij hier al is, heeft hij Spaans geleerd en helpt hij overal met o.a. missen te doen tijdens de weekends. We hebben een gezellig praatje en dan moet hij naar de kerk. Een fijne ontmoeting. Een Indische priester die in Spanje pastoraal werk doet in het Spaans . De mensen appreciëren dat heel erg. Hij was zal voor mij bidden ...dat is meegenomen ook al heb ik tot nu toe geen enkele probleem gehad ook niet technisch met de fiets.
Er is deze voormiddag heel veel tegenwind en het is minder warm. Er moet toch hard getrapt worden om vooruit te komen, ook al zijn de hellingen zeer licht. Ik ben vlakbij de Pisuerga rivier en een albergue- refugio, waar ik 7 jaren terug met Robin, toen 11 jaar (en Magda en Ann) op de Camino stapte. Een fijne herinnering. Ik probeer met elk van mijn kleinkinderen op de camino te stappen. Robin was de eerste. Dit jaar stappen er vier met mij mee van Villafranca del Bierzo 200 km tot in Santiago. De Albergue-refugio de San Nicolás, is een oude Romaanse hermitage omgebouwd tot een hostel langs de oude camino , naast de rivier Pisuerga, op de grens van de provincies Burgos en Palencia. Hij wordt in de zomer opengehouden door een Italiaanse fraterniteit.
Albergue-Refugio San Nicolas de Pisuerga , een oude kluizenaarswoning: foto’s van 7 jaar geleden in 2015 met Robin ,kleindochter, Ann (dochter) en Magda, mijn vrouw) ;de mooie oude brug over de rivier Pisuerga in 2022
In Boadilla del Camino, weer een echt landbouwdorp, heb ik geluk want de mooie Santa maria hoofdkerk is open dankzij een gepensioneerde man die de kerk iedere dag opent en ook wat onderhoudt. Ik neem ruim de tijd om rond te kijken: overal zijn (meestal barokke) retabels in elke Spaanse kerk. Buiten, vlakbij de kerk, staat een prachtige grote rollo jusrisdictional op het kerkplein waar gerecht werd gesproken, de mooiste die ik tot nu toe heb gezien. De veroordeelden werden met kettingen aan deze gerechtspaal vastgebonden op de meest publieke ruimte van de stad of het dorp zodat iedereen hen kon zien en kon bespotten voor hun wangedrag of misdaden.
Boadilla del Camino: de rollo jurisdictional, plaats waar gerecht werd gesproken (l); de Santa Maria de Boadilla: het gerestaureerde renaissance stergewelf van het koor met het hoofdretabel toegewijd aan de H. Maria (m) ; een geheel zicht op de kerk (r).
Ik ben vlak bij het Canal de Castillia dat gebouwd werd einde 18de eeuw en begin 19de eeuw om de graangewassen snel van de tierra de campos naar de grote steden te kunnen brengen. Ik fiets naar één van de sluizen die nu nog altijd gebruikt wordt in het irrigatiesysteem voor de landbouw. Dit kanaal werd na de eerste helft van de 19de eeuw niet meer gebruikt omdat het treinvervoer het transport over het water verdrong. Nu zijn langs het kanaal fiets- en wandelpaden aangelegd en hebben ze een nieuwe toeristische rol gekregen. Ook maken de vroegere kanalen nu deel uit het belangrijke huidige irrigatiesysteem.
Ik rij verder weg van het kanaal maar als ik Fromista binnen rij, zie ik het kanaal terug want daar is een opeenvolging van vier sluizen te zien die daar gebouwd werden om het grote hoogteverschil te overbruggen. Nu staan er geen sluisdeuren meer in, maar het kanaal is een toeristische attractie en een deel van het irrigatiesysteem.
Canal de Castilia: de vier opeenvolgden sluizen in Fromista (l) , een sluis in de buurt van Boadilla del camino (m) en een informatiebord (r)
Ik rij Formista binnen rond 14 uur en ik vind met alle gemak mijn hotelleke San Martin op de Plaza San Martin, waar de romaanse San Martinkerk staat. Het kan niet beter. Vanuit mijn kamer zie ik het koor van de romaanse kerk: sobere kamer maar pure luxe qua ligging voor 40 euro. Een vriendelijke en efficiënte baas geeft me onmiddellijk een kamer en wijst me waar ik mijn fiets veilig kan plaatsen en opladen. Eventjes uitblazen en een caña drinken, een pilsje is dat; met Magda bellen en om 16 uur sta ik aan de unieke romaanse San Martinkerk van Fromista die dan terug opengaat. De naam van de stad komt gewoon van “formentum” wat graangewassen betekent. Dus weer een rijk stadje midden in een graanstreek, met op dit ogenblik minstens drie kerken: de San Martin, de San Pedro en de Nossa Señora del Castillo die nu een museumkerk is. Dit is een kerk omgebouwd tot museum waar vaak ook kunst wordt bijeengebracht uit kleinere , minder toegankelijke of vervallen kerken uit de omgeving. Het laat ook toe de locale religieuze kunst beter te promoten en te beschermen tegen diefstal of tegen de tand des tijds...
Fromista: Romaanse San Martinkerk: beeldje van de zwarte Madonna (l), gewelf van de kruising van het koor (m) en een totaalbeeld (r) met de zuidkant
De San Martinkerk werd einde 19de eeuw al grondig gerestaureerd, sommigen zeggen te veel, maar de kerk staat echt als voorbeeld voor wat een romaanse kerk op de camino moet zijn. Het is een basiliek met drie schepen, nog geen echt Latijns kruis maar een prachtig en sober hoofdkoor met twee apsiskapellen. In het hoofdkoor beelden van de belangrijkste personen waar het om gaat: een 13de-eeuwse gekruisigde Jezus Christus en twee 14de -eeuwse beelden: één van San Martin (van Tours) en de andere van Sint Jakob waarvoor we naar Compostella trekken. In de zuidelijke apsiskapel staat een prachtig klein beeldje van een zwarte Madonna die verwijst naar moeder aarde, volgens sommigen.
Binnenin zijn er een hele reeks prachtige kapitelen te zien, zowel in het koor als op de zuilen die de afscheiding vormen tussen de drie schepen van de kerk. Ik ga zitten en ik kijk aandachtig. Als je een kerk of ander religieuse gebouw bezoekt moet je beginnen met te kijken, niet "zien" maar "KIJKEN" en proberen te begrijpen wat we zien en welke boodschap wordt ingegeven. Er zijn Bijbelverhalen met Adam en Eva ( die zondigen) en van Jezus Christus (geboren uit Maria) die ons van de zonde verlost. Er zijn kapitelen met plantmotieven (zoals de wijnranken die naar de eucharistie verwijzen) en er zijn de kapitelen met rare dieren en vogels (bestiaria) waarover de meningen verschillen. De angstaanjagende beelden verwijzen vaak naar de ondeugden of de gevaren van de zonde die ons naar de hel lijden met de duivels. De engelen brengen altijd een blijde boodschap of verheerlijken God en de drie-eenheid. Ik kijk ernaar met de gedachte dat 800 à 900 jaar geleden beeldhouwers dit hebben gemaakt, rekening houdend met de richtlijnen die ze kregen van geestelijken of theologen die hen de duidelijke opdracht gaven het “volk” te onderwijzen. Priesters zullen tijdens hun preken daar zeker naar verwezen hebben om de gelovigen het juiste pad te wijzen en zelfs om hen schrik aan te jagen voor de hel. Het beeldhouwerk ondersteunde hun preken.
Fromista: San Martinkerk : het koor met de gekruisigde Christus, links van hem St Mart in (l)en rechts van hem Santiago (r); de middelste foto toont de kopie van het prachtig Orestiada kapîteel dat een verwijzing inhoudt vanuit het Orestes verhaal in de Griekse mythologie naar het Bijbelse verhaal van de eerste brioedermoord van Kaïn op Abel .
Spijtig genoeg is het niet stil in de San Martinkerk, want er zijn toeristen die alles en nog wat doen: ze bellen met de thuisbasis, niet om over de kapitelen te vertellen maar om gewoon te zeggen hoe het met hen gaat, hoe warm het is enz. Ik verkies een kerk waar zachte muziek weerklinkt en waar wordt gevraagd stil te zijn.
Na een bezoek van anderhalf uur aan de San Martinkerk loop ik toch nog even naar de twee andere kerken : de San Pedro en de Nossa Señora del Castillo. Ik neem wat foto’s om de lezer een idee te geven van hoe ze er uit zien. Meer kan ik niet doen, want de eerste wordt gesloten na 5 minuten en de andere is dicht. Het is ondertussen 19 uur en voor de pelgrims serveert men het pelgrimsmenu vroeg want ze gaan vroeg slapen en staan zeer vroeg op bij grotte hitte.
Fromista: San Pedro, voor-en noordkant met bovenop rondom rond een loggia wandelgang onder het dak (l); Santa Maria del Castillo westkant (m); Renaissance zuidportaal van de San Pedrokerk (r)
Ik eindig mijn zondag in het hotelleke met de “menu del peregrino”: voor 15 euro een voorgerecht, een hoofdgerecht en een dessert en daarbij een halve liter wijn naar keuze. Wat mij betreft, een salada mixta met tonijn, een lekkere kippenbil (precies gekonfijte eend) met frietjes en een flan met karamelsaus plus een wit wijntje. Wat kan een mens nog meer wensen. Mijn bewaarengelen hebben deze namiddag rust genomen en zijn niet mee naar de kerken geweest. Ik had de indruk dat Bert en Wim aan Rientje aan het uitleggen waren dat hij niet alles aan Aartsengel Gabriël moet vertellen als ze terug in de hemel zijn. Rientje keek hen aan en dacht er het zijne van. Een ding is zeker: ze slapen op de San Pedrokerk, want die heeft de hoogste toren. Rientje slaapt altijd in het midden, een kwestie van veiligheid. Om tien probeer ik ook te slapen, want de dag was weer lang. Morgen verder door richting Léon...
Comments