Dag 2: Maandag 31 03 2025: van SAGUNTO naar VALENCIA OP DE Via Augusta
- Magda Kirsch
- 4 apr
- 5 minuten om te lezen
Peter is al zeer vroeg (om 6 uur ) de veren uit en gaat op zoek naar een bakker voor vers brood en een winkel voor koffie en melk. Om 7 uur is hij terug met een lekker ontbijt waar we beiden van genieten. Om 8 uur zijn we de deur uit; we kunnen inde flat blijven tot 11-30 uur en we proberen dus de stad op 3 uur te bezoeken want de flat is in het midden van het oude deel, de casco historico, gelegen op minder dan één km van het amfitheater en van het kasteel en citadel gedeelte boven op een uitgestrekte heuvel. Straks kunnen we nog even terug naar de flat.
Sagunto: het amfitheater en het kasteel
De klim naar het Romeinse amfitheater en daarna naar het kasteel is kort maar scherp en krachtig. De Romeinen wisten hun amfitheaters op bijzonder mooie plaatsen te bouwen. Hier heb je een schitterend zicht op de vallei en de heuvels rond Sagunto: een streek van groenten en fruit vooral sinaasappelen en mandarijntjes maar ook veel groenten. Het amfitheater van Sagunto maakt minder indruk van dat van Tarragona, het Romeins Tarraco. Men heeft het voorste gedeelte van het theater herbouwd om er opvoeringen te kunnen houden en daardoor lijkt het geheel zeer gesloten en ontoegankelijk. Toch wel indrukwekkend wat de Romeinen konden. Het is veel te vroeg en alles is nog dicht. Dus stappen we door naar het indrukwekkende kasteel- citadel gedeelte van ten tijde van de bezetting van de Arabieren. Het strekt zich uit over honderden meters op een lange heuvelrug en is echt indrukwekkend.
Daarna lopen we de heuvel van het kasteel af langs een prachtig kerkje met een calvarie zodat de mensen terwijl ze de heuvel opstappen kunnen bidden terwijl ze de kruisweg van Jezus Christus meemaken. Het kerkje omgeven door witte muren straalt in de zon eenvoud en rust uit. Van daaruit lopen we verder naar het oude stadsdeel en komen we voorbij de Santa Mariakerk die nog gesloten is. Opmerkelijk zijn de vergulde deuren aan alle toegangen tot deze kathedraal.
Sagunto: het kerkje met kruisweg en de Santa Mariakerk met gouden deuren
In het lage stadsgedeelte zijn er nog overblijfselen van een Circus van de Romeinen en van een oude tempel waar ook de oude afvoerleidingen en waterleidingen van de Romeinen zichtbaar zijn. Een leerrijke wandeling door het Romeinse verleden van de stad, ook al zijn de resten van de Romeinse gebouwen hier in dit deel niet zo indrukwekkend.
Na en korte sanitaire stop in de flat, brengt Peter me met de fiets naar de rand van de stad waar een fietsweg begint (volgens de reisgids) die me na 50 km naar Valencia zal brengen. Alles checken, me omkleden om rustig te kunnen fietsen en om 12 u ben ik klaar om te vertrekken. Bij elk vertrek heb ik een benepen gevoel en voel ik me wat onwennig. Ik denk even an Rientje en dan ben ik terug gefocust. Ik neem afscheid van Peter hij rijdt in 2 of 3 dagen langs de kust terug naar huis.
Op de weg van Sagunto naar Valencia
Na 500 meter fietsen stopt een wagen naast me en de lieve man zegt me dat ik wat verder op de via verde naar Valencia kom en dat ik die niet mag missen. Een schitterende weg breed en duidelijk beschilderd om wagens te verwittigen dat fietsers en voetgangers voorrang hebben. Bijna onmiddellijk kom ik 3 families tegen met bakfietsen vol kinderen; ik ben dus niet de enige bakfiets op de Camino’s in Spanje. Onder de stralende zon rij ik tussen de boomgaarden met appelsienen en mandarijnen en ook heel wat groenten. Al vlug stel is vast dat ik op de Via Mediterannea rij vanuit Frankrijk naar Cadiz, helemaal in het Zuiden bij de Portugese grens. Ik rij tot Almeria waar ik samen met Bruno op 11 april de Camino Mozarabe zal nemen.
Op 15 km van Valencia zie ik een mooie kerktoren (bezet met keramieken dakpannen) in de verte boven de palmbomen uitsteken en ik besluit ernaar toe te rijden en daar mijn broodje op te eten dat ik ’s morgens had klaargemaakt. De Moli y Fora is en Kartuizerklooster uit de 16de eeuw omgeven door boomgaarden met citrusvruchten in de vruchtbare vallei. Na mijn lunch beslis ik toch de toegang tot deze abdij te gaan zoeken. Ik rij errond en vind de ingang waar alles mooi gerestaureerd is. De voordeur staat open en ik loop gewoon binnen en bezoek rustig de kloostergang en errond liggende gebouwen. Als ik de kerk wil binnentreden wordt ik verwelkomd door prachtige muziek en door twee dames die aan het kuisen zijn. Een vriendelijke heer komt naar me toe en zegt dat de abdij nu privébezit is ; hij begrijpt niet hoe ik hier ben binnen geraakt. Ik zeg dat de deur gewoon openstond. Hij vraagt mij toch beleefd het gebouw te verlaten wat ik rustig doe, want ik heb mooie foto’s van een schitterend gebouw. De monastieke gastvrijheid van de kartuizermonniken wordt er niet meer beleefd wat spijtig is. Ik stap terug op mijn fiets toch blij dat ik die abdij heb gezien.
Het klooster van Moli y fora
De weg naar Valencia is praktisch 100% een fietsweg, eerst zeer breed en daarna een 2 meter brede fietsbaan tot in het centrum van Valencia tot aan mijn hostal, River hostal, een mooi herenhuis dat omgebouwd is tot slaapkamers met alkoven. Aan de rand van de oude stad en dat is praktisch: dank je Magda. Per kamer tien personen maar niet alle bedden zijn bezet. Toiletten, douches en lavabo’s worden gedeeld; er zijn gezellige gemeenschappelijk ruimtes, een keuken enz. mensen van alle leeftijden maar vooral veel leraars met groepjes jongeren (uit B, NL en D) die Valencia komen bezoeken met leerlingen die Spaans leren. Prijs 25 euro per nacht spotgoedkoop voor Valencia.
Het enig probleem is dat ik mijn fiets niet kan binnenzetten maar ik kan hem wel juist voor de hoofdingang vastmaken. Ik neem dus alles mee naar mijn alkoof waaronder gelukkig een schuif is waar ik alles in kwijt kan. Ik neem mijn intrek en rust wat. Daarna ga ik het oude deel van de stad bezoeken met de kathedraal maar eerst ga ik naar een winkel wat drank en eten kopen.
Mijn alkoof in het River Hostal en Valencia by night
Tijdens mijn wandeling door de oude stad ben ik een kerk binnen gelopen en daar kon ik het einde van een mis meemaken. Daar kunnen priesters van bij ons alleen nog van dromen: op een maandagavond om 18 uur een bomvolle kerk en vurige gelovigen als ik hen bezig zie in hun gebed.
In de keuken van mijn hostal maak ik mezelf een mooie omelet met kaas, ham en tomaat. Morgen moet ik hetzelfde eten want ik heb 6 eieren moeten kopen en die wil ik niet meenemen op de fiets. In de keuken ontmoet ik een Spaanse leraar filosofie die zich zelf voorstelt met “mijn naam is Rafaël zoals de aartsengel, maar ik heb mijn vleugels niet aan”. Hij maakt pasta klaar terwijl ik mijn omelet bak. Misschien kent ons Rientje hem….

Comments