Vandaag wordt het de grote dag. We zijn erop voorbereid om de laatste 25 à 30 km over de top van de Somport pas te rijden zoals duizenden pelgrims in het verleden hebben gedaan. Het waren vooral de Italianen en de Fransen uit Zuid-Frankrijk die de via Tolosana of de Chemin d’Arles gebruikten om naar Santiago de Compostela te gaan.
We zijn niet vroeg uit de veren want Floky had enkele extra uren slaap gevraagd en dat heeft hij gekregen. We ontbijten in onze kamer omdat we geen zin hebben om met sommige onvriendelijke mensen van het Hotel les Voyageurs geconfronteerd te worden. Enkele hebben meer van de familie Thénardier dan van gastvrije hoteliers. Als je niet weet waar het gezin Thénardier voor staat, lees dan eens terug het boek Les Misérables van Victor Hugo (eigenaars van een herberg die hun klanten bedriegen). Terloops gezegd, Victor Hugo verloor ook een dochter die in de Seine verdronk en hij schreef er een heel sereen gedicht over waarvan ik altijd gehouden heb. Het heet “Demain dès l’aube” of Morgenvroeg bij het krieken van de dag. Pakkend mooi en ontroerend vind ik . Maar een mens moet Frans begrijpen om dat te smaken…
De weg van Urdos naar de Somportpas; mooie landschappen en natuur , veel schapen
Het klept tien uur als we het dorpje Urdos uitrijden de Somport tegemoet. Bij het laden van de fietsen had ik vastgesteld dat de km teller op de fiets slechts 63 km mogelijke afstand aangaf na heel de nacht opgeladen te zijn. Soms komt er een heel deel bij tot rond 120 eenmaal ik op de fiets zit. Maar nu gebeurt dat niet. Al snel zegt Floky dat hij ook maar 63 km mogelijke afstand heeft in ECO rijstand . Ik heb in TOUR rijstand slechts 40 km en we moeten 25 à 30 kmkm steil bergop fietsen. We begrijpen het niet. Floky heeft gelukkig twee batterijen en hoeft niet veel te vrezen. Ik zeg hem maar door te rijden en dat we wel zullen zien. Met horten en stoten en stoppen, want ik wil van deze mooie tocht op de Somportpas veel foto’s hebben van het schitterende landschap, bereik ik de top. Floky was er als eerste en wacht me op om een mooie foto te maken aan de plaat met 1640 meter. Als vreugdedans drinken we een cappuccino in het cafeetje bovenop de top. Ik kan er ook mijn batterij bijvullen voor 3 euro… het is er wel zeer fris; mijn hoodie doet deugd;
Tot boven op de Somportpas en dan naar beneden richting Jaca
Het is moeite waard alleen al voor de panoramische vergezichten: adembenemend mooi ook al is het bewolkt en zeer fris. We hebben alle twee een dikke trui aangetrokken. Bij het naar beneden fietsen , 35 km lang, op de glooiende Pyreneeënhellingen aan de Spaanse kant , stellen we vast dat we plots veel meer kilometers kunnen rijden op onze batterijen dan gepland. We hebben er geen uitleg voor. Als er iemand één heeft dan is die welkom. Ik denk dat de koude de batterijen minder goed laat functioneren. Floky denkt dat de batterijen een eigen leven leiden…een spiritistische uitleg. Alle suggesties en verklaringen van de lezers van de blog zijn welkom.
Station Canfranc en overzicht van de citadel van Jaca
We suizen naar beneden en moeten ons inhouden want een dikke 30 km tot in het centrum van Jaca moet je praktisch niet trappen maar wel voorzichtig zijn dat je je fiets niet te hard laat bollen. Onderweg zien we het grote station Canfranc dat in 1928 werd geopend en toen een belangrijk treinstation was. Nu doet het dienst als station en als hotel: een indrukwekkend geheel. We komen rond 13 u 30 aan ons logies aan de Via de Francia, eenvoudige propere kamer bij een jonge particulier maar goed. De badkamer en het toilet zijn gemeenschappelijk voor drie kamers zoals vaak het geval is. We kunnen de keuken gebruiken en er is een zwembad voor de gehele compound. Wij gebruiken het niet, maar zijn wel blij dat er één is…
Na even te hebben gerust te hebben ben ik al weer op stap naar het centrum dat vlakbij is op 600 meter. Eerst zie ik de 19de-eeuwse vesting die werd opgebouwd om de toegang tot Spanje te verdedigen. Nu is het een oase van rust waar de mensen na een warme dag in het gras liggen te kuieren en te slapen.
De citadel van Jaca met zijn ingangsbrug en wat verder de ingang van de romaanse Sint-Pieterskathedraal waar de katheder (zetel) van de bisschop staat
Vlakbij is het oude centrum met zijn gezellige straatjes en vooral met de romaanse Sint Pieterskathedraal , een schitterend voorbeeld van de romaanse kunst in het noorden van Spanje. Om je vingers van af te likken , vind ik.
De kathedraal en de kloostergang zijn allebei romaans maar als gevolg van een brand kreeg de kerk in de 16de eeuw nieuwe renaissance gewelven die wonderwel zeer goed samengaan met het romaanse gebouw. Ook in het koor zijn renaissance wandschilderijen te bewonderen. De zuilen die de kathedraal dragen zijn indrukwekkend en hebben hier en daar een mooi gehistorieerd kapiteel. Geen ingewikkelde timpanen met veel symbolen. Maar de Fransen zouden zeggen ”cela a de la gueule” het is mooi om ernaar te kijken.
Sint-Pieterskatherdaal in Jaca met Renaissance gewelven en schilderijen
Er zijn wel mooie beelden zoals onder andere een Christophorus die de mens beschermt tegen de onvoorziene dood, zonder de sacramenten te hebben ontvangen. Verschillende barokke altaren zoals dat van Sint Anna ten Drieën ogen bijzonder mooi: men ziet er Anna, haar dochter Maria en Jezus, het kind op heet schoot. Er is ook achteraan in de kathedraal een mooie genadestoel te zien. Glasramen heb je sowieso niet in een romaanse kerk want de openingen waren te klein. Soms is er een schijf albast in geplaatst, een translucide marmer.
De vroegere kloostergang van de kanunniken van de kathedraal (ze leefden volgens de regel van Augustinus zoals de Norbertijnen van Sarrance) is super eenvoudig en mooi ook na veel verbouwingen. In dit oude gedeelte werd in 1970 een Museum opgestart met het accent op de romaanse fresco’s en muurschilderijen in kerken die verwaarloosd werden en in duigen vielen. Men ontwierp in de jaren zestig een bepaalde techniek dankzij dewelke men de fresco’s van oude romaanse kerken op linnen doeken kon overplaatsen en dan terug kon opstellen in een namaak van de originele kerk of kapel. Dit werd ook gedaan in Catalonië waar zelf s in Barcelona een volledig museum aan de fresco’s gewijd is.
Jaca, Sint-Pieterskathedraal: De Heilige Christophorus, de kloostertiun en de (nagemaakte) kerk van Bagués met zijn overgeplaatste fresco's in het museum van de romaanse St Pieterskathedraal van Jaca.
Dit is hier ook het geval in de regio Huesca. Er werd zelfs een volledige kerk overgeplant in het museum, de kerk van Bagués. Het ensemble van de romaanse fresco’s is zo mooi dat men het de Sixtijnse kapel van de Romaanse fresco’s noemt. Vorig jaar hebben we al zo een Sixtijnse kapel van de romaanse fresco’s ontmoet in de San Isidoro in Leon. Allebei schitterend mooi maar toch verschillend. Floris heeft mij later in de namiddag in de kathedraal vervoegd en samen hebben we de romaanse fresco’s bekeken en hopelijk heeft hij die ook gesmaakt.
Jaca, Sint-Pieter kathedraal: Fresco's en een kapiteel in het museum in de kloostergang
Na zijn culturele inspanning gaan we samen op een terrasje naast de kathedraal een glaasje drinken. Na 18 u komt een Spaanse stad terug tot leven en loopt iedereen er rond om een glaasje te drinken en zich te laten zien. Wij trekken rond 18 u 30 naar onze kamer, doen boodschappen voor morgen en kopen twee pizza’s als avondmaal. Morgen wacht ons opnieuw een zware dag; we rijden terug naar Franrijk na de pelgrims te hebben gevolgd over de Somport. Wij gaan terug langs Formigal in de richting van Lourdes dat we binnen twee dagen bereiken. We hebben de pelgrimstocht per fiets moeten inkorten omdat Tim Floris twee dagen vroeger komt halen dan voorzien.
De gezellige straatjes van de stad Jaca
We hebben de acht pre-romaanse kerken in de vallei van de Boi gemist maar de meeste fresco’s van die kerken hangen in het Catalaans nationaal Museum in Barcelona. Morgen wordt het wel de gehele dag terug de Pyreneeën opklimmen. Hopelijk duiden onze batterijen nu het juiste aantal kilometers aan. Of ze dat doen of niet, we moeten er terug over heen en we hopen dat het even mooi wordt. Ik ga nu slapen want het is 22 uur en ik voel mijn ogen dicht vallen.
Dank aan al diegenen die onze blog lezen en vooral aan sommigen die er op reageren wat nog fijner is. Een dikke dank u aan al diegenen die onze 2de pelgrimstocht hebben gesteund door te storten op het Rinus Pini fonds bij de KBS, de Koning Bouwewijnstichting. Dat is het belangrijkste want dankzij het fietsen en de giften kunnen we anderen blijven helpen. Rientje zou fier zijn op ons zoals wij altijd fier waren op hem. zonder enige twijfel is hij jullie allen daar bijzonder dankbaar voor.
Comments