Opi vertrekt langs de Via Monastica vanuit Leuven over Namen en Dinant naar Givet en Roccroi. Vandaar gaat hij over Signy-l'Abbaye via Château -Porcien naar Reims met zijn schitterende kathedraal. Vanuit Reims gaat het dan over Fère Champenoise naar Troyes en Tonerre en zo naar Vezelay met de unieke Sainte-Marie-Madeleine basiliek.

​

Daar rust hij een dag uit en gaat daarna verder op de Via Lemovicensis  die vanuit Vezelay vertrekt. Deze weg loopt langs La Charité-sur-Loire naar Bourges en verder naar La Châtre. In de buurt van La Châtre bezoekt hij het kerkje van Nohant Vic met zijn prachtige fresco’s en daarna gaat hij verder richting Orsennes, Bénévent-l’Abbaye en Saint Léonard de Noblat. De volgende etappe gaat naar Limoges, de stad die haar naam heeft gegeven aan de Via Lemovicensis. Vanuit Limoges trekt hij naar Périgueux met een tussenstop in Saint-Jory-las-Bloux en bezoekt hij Les Cars en Sorges. In Périgueux neemt hij opnieuw een rustdag om alle kerken en abdijen in de stad en de omgeving te kunnen bezoeken. Van Périgueux gaat het richting Mussidan en Saint Ferme. Dan trekt hij verder via Bazas, Bostens, Saint Sever, Orthez, Sauveterre de Béarn naar Saint-Jean-Pied-de-Port.

​

Saint-Jean-Pied-de-Port is het beginpunt van de Camino Frances, de route die door pelgrims uit Frankrijk en de lage landen werd gebruikt om Santiago de Compostela te bereiken. Over Zubiri komt hij dan in Pamplona aan, de stad van San Firmin. Via Olite, Estella, Los Arcos en Logroño fietst hij dan naar Najera, nu een klein stadje maar de vroegere hoofdstad van het koninkrijk Navarra waar je in de Santa Maria  la Real kerk de graftomben van de koningen van Navarra kan bezoeken. Dan trekt hij verder naar San Millán de la Cogolla via Santo Domingo de la Calzada en het Monasterio de San Juan de Ortega naar Burgos. Met zijn prachtige kathedraal en de kloosters Las Huelgas en het kartuizerklooster Miraflores een cultureel hoogtepunt op de Camino Frances, maar ook de stad van El Cid. Dan gaat het naar Castrojeriz, Villalcázar de Sirga, Sahagún, Leon en Astorga.

De laatste 200 km. legt opa af samen met Moses en Floris en gaan ze te voet. De fiets zal dan dienen als bezemwagen. Oma en tante Ann zijn er ook en stappen kleine stukjes mee maar zorgen vooral dat het logies in orde is en dat er proviand is. Hun gezamenlijke tocht begint in Villafranca del Bierzo waar pelgrims die om gezondheidsredenen niet verder kunnen aan de Sint Jacobskerk (Iglesia de Santiago Apóstol) hun Jubileo krijgen wanneer ze de Puerta del Perdón binnengaan zodat hun schulden worden vergeven en ze niet verder hoeven te gaan. Een Jubileo is een jubeljaar, een jaar van teruggave, terugkeer, vrijlating en rust waarin men barmhartigheid moet tonen.

Vandaar stappen en fietsen ze verder naar Vega de Valcarce, O Cebreiro, Samos en Sarria. Daar komen ook Bruno, Leo en Sole (de neven en tante van Pini) erbij. Vanuit Sarria stappen ze samen verder naar Portomarin, Ligonde, O Leboreiro, Arzua  en O Pedrouzo naar Santiago de Compostela, het einddoel van deze reis.  Wij hopen op dat moment onze doelstelling van € 10.000 voor het Rinus-Pinifonds te hebben bereikt.